Van de zeven Nieuwkoopse kooien zijn er maar twee terug te vinden op de topografische kaarten. De andere vijf kooien kwamen te voorschijn bij het onderzoek in de ORA's van Nieuwkoop en Noorden. De plaatsbepalingen van de kooien is zo goed als onmogelijk gezien de constant veranderende situaties door de turfwinning en zijn dus allemaal bij benadering.
(A) Govert Huijgensz is in 1608 eigenaar van een eendenkooi aan het Zuideinde, Buitenweg in Nieuwkoop en verkoopt deze kooi op 3 augustus 1608 aan Eijmbert Jansz. De kooi strekt zich uit tot aan de dwarssloot van de eendenkooi van Gerrit Gerritsz.
(B) Pieter Roeloffsz heeft een eendenkooi (17/12/1608) gelegen in het Zuideinde Buitenweg strekkend tot aan de Masloot. Gezien de locatie omschrijving is dit een andere kooi dan A., waarschijnlijk wat verder van de Buitenweg omdat de Masloot richting de Meije ligt. Pieter heeft nogal wat schulden en in 1612 is de kooi in handen van Willem Rembrantsz uit Aarlanderveen en verkoopt de kooi door aan Eijmbert Jansz. In 1635 wordt de kooi verkocht aan Mr. Cornelis van Sevenhoven, Baljuw en Schout van Nieuwkoop. Door vererving komt de kooi in 1660 in handen van Jacob Claesz Cats en Cornelis van Vlieth. Hierna zijn geen transacties meer bekend.
(C) Mees Ariensz is eigenaar van de kooi op het Noordeinde/Buitenweg en is in 1612 schuldig aan de Armmeesters van Nieuwkoop 50 gulden en geeft als onderpand een perceel land met daarop een vogelkooi. Locatie aanduiding is vanaf de Voorwetering strekkend. De kooi blijft in het bezit van Mees Ariensz en wordt veel als onderpand voor leningen gebruikt. In 1641 is Mees Ariensz overleden en moet er een verdeling komen van de nalatenschap. De kooi komt via de verdeling in handen van Cornelis Cornelisz van ’t Cruis en deze blijft eigenaar tot 1661.
(D) De heer van Nieuwkoop is eigenaar van een vogelkooi gelegen in de Meije, dit komt naar voren in een locatie aanwijzing voor een stuk land dat naast de kooi ligt (22 oktober 1662). De kooi als zodanig is op de kadaster tekening 1811-1832 nog in contour te zien. Zie boven aan de pagina.
(E) In 1662 verkoopt Jacob Ariensz van Leeuwen zijn vogelkooi aan Govert Janssen Swartendijck en Bouwen Cornelisz Decker. De kooi ligt in het Zuideinde, Overweg. Duidelijk een andere locatie dan de andere kooien in het Zuideinde. Het blijft bij deze vermelding.
(F) Jan Dircksz verkoopt in 1677 zijn vogelkooi aan Corneis Claesz Vermij. Ook deze kooi ligt in het Zuideinde, maar in ‘De Wouden’. Ook dit is de enige vermelding
(G) De kooi van Gerrit Gerritsz wordt genoemd in de locatie omschrijving van de kooi van Govert Huijgens (A). Een andere vermelding over deze kooi is op dit moment niet aanwezig.