De kooien van Rozenburg

Introductie

Op bovenstaande illustratie zijn twee eendenkooien te zien die op de gorzen van Rozenburg lagen. Bij de onderste kooi is de aanduiding 'Oude' bijgeschreven. De kaart is uit 1613 en is getekend door Jacob Cornelis Koutter. In het zuiden zijn de eerste bedijkingen te zien. Het eiland Rozenburg bestond in eerste aanleg uit 3 afzondelijke platen in de delta van de Maas. Het waren Roosen-Burgh, Blanckenburgh en de Ruijge Plaet. In de 17 e eeuw groeiden de platen aan elkaar en ontstond Rozenburg, zie kaart vorige pagina. Op het vroegere eiland Roosen-Burgh kwamen in 1585 de Vlaardingers Dirck Adriaensz en Pieter Dircksz Bisdommers als eerste pioniers aan. Ze hadden een concessie gekregen van de Staten van Holland voor de pacht van 25 jaar onder de voorwaarde dat ze 50 gemeten  van de plaat zouden bedijken en in cultuur brengen. De Bisdommers waren ook vogelaars (kooikers) en zeer waarschijnlijk bouwden ze ook de eerste ‘vogelkooey’ op de plaat, de latere ‘Oude Kooey’. Beide Bisdommers stierven kort na elkaar rond 1600, maar hadden inmiddels 120 gemeten bedijkt. (zie kaart). Hoe de tweede kooi is ontstaan en aansluitend werd uitgebreid tot vier kooien is niet bekend.

(NL-HaNA_4.VTH_2096A_0001-00013000745)

Op onderstaande illustratie uit 1632 is te zien dat de bedijking verder is gegaan en dat 'De Oude Vogelkoy' in de nieuwe polder is komen te liggen. De tekening is van Lenaert Cornelis Koutter.

(NL-HaNA_4.VTH_2098_0001-00013000747)