Op 4 oktober 1652 is er octrooi verleend aan Philips van Thienen, oud gouverneur van de stad ’s Hertogenbosch en thans Heer van Berlicum en Middelrode, om te mogen bouwen een ‘Vogelkooy’.
Twee jaar later sterft Philips en neef Ahrend van Thienen is een belangrijke erfgenaam, maar wordt in 1687 failliet verklaard, waarop zijn zoon de financiéle zaken verder regelt totdat in 1723 . In dat jaar wordt de kooi verkocht door de schuldeisers en neemt de toenmalige kooiker Adriaan van Engelen de kooi over en de kooi blijft in de familie tot 1745 als Petrus Schoneus mede-eigenaar wordt en later de enige eigenaar tot aan zijn overlijden in 1782. Zijn weduwe Johanna Schoonenberg is eigenaresse tot 1806. Na het overlijden van Theodorus Schoneus in 1825 wordt de kooi verkocht aan Ludovicus de Vaan.
1824, 1829, 1834
A. van der Bruggen, S. de Vaan
1852 - 1873
Willem Stevense de Vaan
1873 - 1926
Steven de Vaan
1926 - 1954
Johannes Wilhelmus van Helvoort