Ten tijde van de eerste registratie was de kooi eigendom van Jan Blanken, ook eigenaar van Brakel 4. Aardig is dat de eerste registratie op naam staat van de toenmalige kooiker Huibert van der Zalm (zie illustratie links). Rond 1834 vindt de verkoop aan Steven van Dalen plaats. De kooi is dan nog in vol bedrijf en de registraties lopen door tot na 1854. De kooi had een afwijkend model, slecht twee vangpijpen (kelen) zuidwest en noordwest.
Aan het einde van de 19e eeuw raakt de kooi in verval en wordt er niet meer gevangen.
1807
Huibert van der Zalm (kooiker)
1814, 1819, 1824
Jan Blanken, afpaling 200 rr
1829, 1834
J. Blanken, twee kooien en een overgegaan naar S. van Dalen
1834
S. van Dalen, vroeger J. Blanken
1834, 1839, 1844
S. van Dalen, kooiker W. van der Zalm
1849
S. van Dalen
Steven van Dalen, landbouwer, Brakel, bosch, water, regt van eendenvangst
45 - Leendert van Dalen, 1886, bij scheiding
949 - Gerritje van Dalen, wed. Aart van Oss en cons., scheiding 1892
948 - Jan van Dalen, burgemeester Brakel, scheiding 1904, water
735 - Otto van Os, burgemeester Herwijnen, verkoop 1937